De geboorte van Jezus

De geboorte van Jezus

Eerst en vooral wens ik aan alle lezers een serene en gelukkige kerstperiode. De zoon van God komt tot ons, en hij blijft bij ons op onze geloofsweg. De advent heeft ons ingeleid in het mysterie van de menswording van de Zoon van God. Nu worden we overstelpt door verhalen en liederen die verwijzen naar de geboorte van Jezus, we worden meegesleurd door de emoties die opleven bij de geboorte van een kind en we zijn gegrepen door de omstandigheden zoals de traditie die ons meedeelt: geboren in een stal, met os en ezel, niet welkom in de herberg en dus eenzaam, opgeschrikt door enkele herders en later bezocht door de sterre wachters uit het Oosten.

De traditionele benadering van de geboorte van de Zoon van God laat ons echter zitten met een aantal vragen. Wat is er echt gebeurd? Was het zo dat Maria een kind gebaard heeft in een verlaten grot of hut midden in de velden, daar waar herders hun kudden weidden? Wat betekent het dat er geen plaats was in de herberg? Een paar pijlers kunnen ons doen begrijpen wat wetenschappers en historici vermoeden over hoe het allemaal gebeurd zou kunnen zijn.

Jozef, de wettelijke echtgenoot van Maria en dus wettelijke vader van Jezus, was afkomstig uit Bethlehem, vandaar dat de inschrijving in het landsregister moest gebeuren in die stad. Zijn ouders en een aantal van zijn broers en zusters leefden daar en allemaal moesten ze naar daar komen om zich met hun gezin te registreren. In het ouderlijk huis werden ook Maria en Jozef verwacht. De meest aanvaardbare manier voor Jozef was om naar zijn ouderlijk huis, waar zijn oudste broer nu woonde, te gaan. Het huis was wel overvol bij deze gelegenheid, en ruimte om te slapen - laat staan om een kind te baren - was moeilijk te vinden. Iedereen in de familie wilde wel zijn of haar plaats afstaan voor dit kind, Maria echter dacht er anders over.
De huizen in die regio waren toen gebouwd op een manier dat er onder hetzelfde dak ook plaats was voor de huisdieren, ezels, schapen, kippen… op de onder verdieping, het gelijkvloers. Daar kon Zorek de ezel van Jozef alvast een plek vinden. Maria vond dit nu juist de beste plek, huiselijk en warm, en Ruth, de moeder van Jozef, was de aangewezen persoon om bij de geboorte aanwezig te zijn. Samen met de schoonzus van Jozef, de vrouw van Ruben de oudste zoon bereidde ze alles voor zodat het kind in de intimiteit van de familie, weliswaar in de stal, kon geboren worden.

En zo gebeurde het, de komst van Jozef werd al vlug bekend bij de buren, en zelfs de herders die de nacht doorbrachten hadden vlug vernomen dat het kind geboren was, dat klonk hen als muziek in de oren, want de Messias werd verwacht in de stad van David. Ze trokken dus vlug naar de stad om het kind te zien, terwijl ze de engelen hoorden zingen van ‘vrede op aarde aan de mensen die Hij liefheeft’. Ze boden hun gaven aan: melk, kaas, droge druiven en zelfs een onlangs geboren lammetje.

Het nieuws verspreidde zich vlug onder de mensen en men vroeg zich af wat dit betekende, wat zal er van dit kind geworden, de omstandigheden van de geboorte waren toch bijzonder, mysterieus. Bij de bevolking leefde de overtuiging dat in deze stad de lang aangekondigde Messias zou geboren worden. Er groeide daarom heel wat ruchtbaarheid rond deze geboorte. Zelfs van het buitenland, uit het Oosten, kwamen sterren wachters het kind bezoeken met hun rijke gaven. Men sprak over de komst van de beloofde koning die het volk zou bevrijden van de bezetters. Koning Herodes hoorde dat allemaal natuurlijk ook en hij vreesde dat zijn troon in gevaar zou komen. Dat deed hem besluiten om de pasgeboren kinderen van de omgeving uit de weg te ruimen.

Het werd tenslotte allemaal wat duidelijker toen het kind moest besneden worden. Daarvoor moesten ze naar de tempel in Jeruzalem, en Simeon en Anna wachtten hen op, want ook zij hadden gehoord van de mysterieuze gebeurtenis. Zijn naam moest Jezus zijn, dat had een boodschap uit de hemel duidelijk gemaakt aan Jozef en Maria, er was nochtans niemand in de geschiedenis van de familie die deze naam gedragen had. Simeon begreep dat dit kind de beloofde Messias was en noemde het “een licht dat geopenbaard wordt aan de heidenen en dat tot eer strekt van Israël zijn volk” (Lc. 2, 32).

En Maria bewaarde het hele gebeuren in haar hart, zij is de enige die een waar getuigenis kan geven over de geboorte van de zoon van God. In de stilte van ons hart luisteren wij naar haar verhaal en we zijn met haar benieuwd hoe het leven van de kleine Jezus verder zal verlopen.

+ Luc Van Looy